Preferentiebeleid
Het beste medicijn voor de beste prijs.
De Zorgverzekeraars willen dat goede zorg voor iedereen betaalbaar blijft. Zij kiezen daarom voor een beleid waarmee de kosten voor de zorg minder worden. Terwijl de kwaliteit gelijk blijft. Dit doen ze bijvoorbeeld door van een flink aantal medicijnen alleen de goedkopere variant te betalen. Dit noemen we het preferentiebeleid.
Hetzelfde medicijn in een ander doosje
U kunt van uw apotheek medicijnen krijgen die mogelijk in een ander doosje zitten dan u gewend bent. Ook het medicijn zelf kan een andere vorm en kleur hebben. Maar de werkzame stof en de sterkte zijn precies hetzelfde als van het medicijn dat u nu gebruikt.
Minder eigen risico betalen per medicijn
Omdat de kosten voor medicijnen meetellen in het eigen risico, merkt u de gevolgen van het preferentiebeleid direct. De medicijnen kosten minder, dus u betaalt ook minder eigen risico per medicijn. Daarnaast heeft het preferentiebeleid een gunstig effect op de kosten voor de zorg en dus op de zorgpremie.
U krijgt het medicijn vergoed dat uw arts voorschrijft
U krijgt altijd het medicijn met de werkzame stof dat uw arts voorschrijft.
Voorbeeld
Simvastatine 40mg is een veelgebruikt medicijn van artsen voor de behandeling van een hoog cholesterol. Voor het preferentiebeleid kostte het medicijn van 30 stuks (voor 1 maand) € 15,76. Nu kost hetzelfde medicijn in dezelfde hoeveelheid € 0,88.
A-merk en huismerk?
Een bekend misverstand is dat generieke producten “namaak” zouden zijn. Zoiets als namaak-Pringles: gemaakt van een mindere kwaliteit aardappels en ook minder goed smakend. Bij generieke geneesmiddelen is dit niet aan de orde.
De werkzame stof (het eigenlijke geneesmiddel) is dezelfde als in het merkgeneesmiddel. De fabrikant die de stof ontdekt heeft, heeft er een aantal jaren patent op: alleen hij mag de stof op de markt brengen. Hij geeft het middel een merknaam en vraagt een prijs waarmee hij ook de kosten van ontwikkeling, marketing enz. terug wil verdienen. Als de patentperiode afgelopen is mogen ook andere fabrikanten het middel maken, maar de merknaam mogen ze niet gebruiken. Zij vragen een lagere prijs, omdat zij geen kosten voor ontwikkeling en onderzoek hebben gemaakt.
Er kan wel verschil zijn in de hulpstoffen, waarmee de werkzame stof wordt aangevuld om er een tablet van te maken (of een andere toedieningsvorm, bijvoorbeeld een capsule). Maar ook dit heeft niets te maken met de kwaliteit; de ene hulpstof is niet beter dan de andere. Er zijn overigens ook generieke produkten die exact dezelfde samenstelling hebben als het merkmiddel.
Alle medicijnen die de zorgverzekeraar heeft benoemd als preferente geneesmiddelen zijn goedgekeurd door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen. Op kwaliteit, veiligheid en werkzaamheid. Ondanks een andere verpakking, kleur of vorm zijn al deze medicijnen dus veilig te gebruiken.
Medische noodzaak
Wij krijgen veel verzoeken van patienten om medische noodzaak op het recept te zetten.
Bij medische noodzaak gaat het altijd om een van de volgende 2 situaties:
1. Een patient is overgevoelig voor eeen bepaalde hulpstof die niet in het merkmiddel zit maar wel in het generieke middel. Dit betekent niet automatisch dat de patient recht heeft op verstrekking van het merkmiddel. Er kan ook een ander generiek product zijn waar de hulpstof niet in zit.
2. Een bepaalde hulpstof veroorzaakt een wat snellere of tragere opname van het geneesmiddel in het lichaam Bij bepaalde geneesmiddelen kan dit bij sommige patienten een probleem opleveren. De geneesmiddelen waarvoor dit kan gelden staan vermeld in een circulaire van het WINAp, het wetenschappelijk bureau van de apothekers.
Voldoet u niet aan bovengenoemde voorwaarden dan wordt er door de huisarts geen Medische Noodzaak op het recept vermeld.
In gevallen waarbij patienten niet eerder een generiek (merkloos) product heeft gebruikt is het nauwelijks aannemelijk dat het gebruikt van een door de zorgverzekeraar aangewezen middel medisch onverantwoord is. Dit heeft geleid tot de volgende beleidswijziging. Door te controleren of het door de zorgverzekeraar aangewezen middel eerder door de patient is gebruikt, kunnen (huis)artsen in voorkomende gevallen beoordelen of er werkelijk sprake is van medische noodzaak. Er kan namelijk nooit medische noodzaak worden voorgeschreven als de patient nog niet eerder het generieke alternatief gebruikt heeft. In dat geval wordt van de apotheker verwacht toch het preferente geneesmiddel af te leveren.
Bezwaar
Bent u het niet eens met de beslissing van de apotheker, dan kunt u een klacht indienen bij de zorgverzekeraar.
De adviserende arts van uw zorgverzekeraar beoordeelt de klacht en neemt daarvoor zo nodig contact op met de voorschrijvend arts en/of de apotheker.